Het overkwam de inmiddels 24-jarige Rogier Dorsman, die geboren is met een erfelijke netvliesaandoening.
Bij de pakken neerzitten staat niet in zijn woordenboek.
Sterker nog, inmiddels is hij al enkele jaren succesvol paralympisch zwemmer en werkt hij toe naar de Spelen in Parijs.
“Ik dacht wel even: fuck en nu?”, vertelt Rogier als hem wordt gevraagd hoe hij reageerde toen hij opeens niets meer kon zien.
Het was december 2012 toen de Heerjansdammer, 13 jaar nog maar, midden in de nacht wakker werd en helemaal niet meer zag.
“Ook toen ik het licht aandeed, veranderde er niets.”
Dat was schrikken.
Voor Rogier zelf, maar ook voor vader Martin, moeder Marian en zijn oudere zus Elise.
Als er iets is wat Rogier kenmerkt, is het wel zijn nuchterheid.
“We hadden al snel iets van: ik ga gewoon alles doen en dan zien we wel of het lukt.”
Een typecursus van tijdschrift Donald Duck die Rogier op jonge leeftijd volgde, zorgt er nu voor dat hij zijn telefoon hanteert met een behendigheid waarmee Max Verstappen zijn Formule 1-wagen over menig circuit stuurt.
Blind typen is een eitje voor Rogier, al is de voorleesfunctie op het toestel heilig voor Rogier.
Zo kan hij zichzelf controleren, maar weet hij bijvoorbeeld ook wie hem belt en wat voor berichten hij ontvangt.
“Wat ik zie, is wazig.
Ik kan geen letter meer lezen.
Mijn gezichtsvermogen is 1 à 2 procent.
Als ik naast iemand sta, zie ik het hoofd wel, maar dat wordt een wazige vlek.
Ik zie niet of iemand glimlacht, zijn tong uitsteekt of knipoogt.
Contrast is belangrijk.
In theorie is het zo dat hoe lichter het is, hoe meer ik zie.
Maar als er te veel licht is, wordt het te fel.”
Overal waar hij komt probeert Rogier in te beelden hoe zijn omgeving eruitziet.
“Waar ben ik, waar staat alles? Als ik dat doe, kost alles daarna minder energie.”
Netvliesaandoening
Het verliezen van zijn zicht is het gevolg van een erfelijke netvliesaandoening.
Daarnaast heeft Rogier een oogzenuwaandoening en kokervisie.
De combinatie van een netvliesaandoening en een oogzenuwaandoening was in Nederland uniek.
Omdat zijn zicht zo snel verslechterde, moest hij zijn middelbare school in Ridderkerk al snel inruilen voor Visio Onderwijs, een blinden- en slechtziendenschool in Rotterdam.
“Dat was fantastisch.
Daar was ik een van de zovelen en hoefde je het wiel niet meer uit te vinden.
Ik had er alles wat nodig was om te kunnen leren.”
Voor Rogier was zwemmen sinds jongs af aan zijn lust en zijn leven, maar ook in het zwembad liep (en zwom) hij tegen problemen aan.
Van een hersenschudding tot een gat in zijn hoofd en van blauwe plekken tot sneeën van de lijnen in het zwembad: meermaals kwam Rogier flink gehavend uit het zwembad.
Eigenlijk kon het zo niet langer, zagen zijn ouders.
Maar ze wisten ook dat niets hun zoon zo gelukkig maakte als zwemmen.
Van alles probeerden ze om hun zoon in het zwembad te beschermen.
“Zoals een rood zeil tegen de kant hangen, zodat hij de muur beter kon zien”, vertelt Marian.
“Toen dat niet werkte, wilden we zijn hoofd beschermen met een plankje.
Dat was ook niet de oplossing.
Nou, dan slaan we hem met een slurf om te waarschuwen dat hij bij de kant was, of we tikken tegen het trappetje… Maar ook dat werkte niet.
Het lukte gewoon niet om zelf een oplossing te bedenken om Rogier niet tegen de kant te laten zwemmen.”
Het was het moment dat zijn ouders contact zochten met de Nederlandse zwembond.
Die informeerde de familie over het wondermiddel waarmee Rogier tijdens het zwemmen heel zou kunnen blijven: de tapstok, een vishengel met daaraan een balletje om zwemmers aan beide kanten van het zwembad met een aanraking te kunnen waarschuwen voor het keerpunt.
Drie gouden medailles
Rogier, die sinds 2018 echt professioneel met zijn sport bezig is, komt tegenwoordig uit in de zogenoemde S11-categorie.
Zwemmers in deze klasse zwemmen met een geblindeerde bril, zodat ze helemaal niets meer zien, ook geen kleuren of contrasten.
Raakt Rogier de kant nog wel, dan doet hij dat tegenwoordig vooral door eerst met zijn hand de muur aan te tikken.
Dat lukt hem in wedstrijdverband geregeld als eerste.
Op de Paralympische Spelen in Tokio verzamelde hij in 2021 drie gouden medailles, een kunstje dat hij volgend jaar in Parijs hoopt te herhalen.
Vorig jaar kwam hij na het EK in Madeira thuis met zeven medailles, waarvan vijf gouden.
Op het WK in Manchester sleepte hij vorige week nog eens zes medailles in de wacht, terwijl zijn voorbereiding vanwege een gebroken pols niet ideaal was.
Die successen komen hem niet aangewaaid.
De buitenwacht ziet vaak alleen het topje van de ijsberg, zegt Rogier, maar om daar te komen, moet hij ook een hele hoop doen en laten.
Hij krijgt een financiële bijdrage van sportkoepel NOC*NSF.
Tegelijkertijd zijn er ook genoeg kosten die hij zelf moet dragen, zoals de startgelden bij sommige toernooien en hotelovernachtingen.
Twintig uur per week ligt hij in het water, om nog maar te zwijgen over de uren die hij steekt in kracht-, balans- en mobiliteitstraining.
“Al met al ben ik tussen de 30 en 35 uur per week aan het sporten.”
Hard werken en de handen uit de mouwen steken is Rogier echter niet vreemd.
Zijn ouders probeerden hem zoveel mogelijk te laten opgroeien als ieder ander kind.
Stofzuigen, meehelpen in de keuken of andere klusjes doen? Rogier ontkwam er niet aan.
“Ik wilde altijd wel helpen, maar als je ogen wat minder worden is de kans dat je in je vingers snijdt wel wat groter.”
‘Een timmerman slaat ook weleens op zijn duim’
Maar, zoals zijn moeder zegt: een timmerman heeft vaak goede ogen, maar slaat ook weleens op zijn duim.
Omdenken is in huize Dorsman het toverwoord.
“Het enige dat anders is, is dat ik iets minder vrij ben in mijn doen en laten”, zegt Rogier, die in principe alleen de straat opgaat met een blindenstok.
“Ik kan niet zeggen: ik pak de auto of stap op de fiets en ga ergens heen.
Ik ben iets meer afhankelijk.
Maar tegenwoordig is echt heel veel toegankelijk, op straat, maar ook in apps."
Zo heeft Rogier een app op zijn telefoon waarbij hij met een druk op de knop kenbaar kan maken dat hij ergens hulp bij nodig heeft.
"Vrijwilligers kunnen zich aanmelden en krijgen dan een melding dat ik ergens hulp bij kan gebruiken.
Via mijn camera kan ik dan een vraag stellen.
Joh, ik heb hier een pak melk, het ruikt een beetje gek en ik kan niet zien of ‘ie nog houdbaar is.
Die andere persoon kan dan meekijken en helpen.
Technologie is alles tegenwoordig.”
Sinds enkele jaren woont Rogier op zichzelf in Amersfoort, waar hij een appartement deelt met een teamgenoot.
“Ik kan alles doen.
Koken, de was, boodschappen, schoonmaken.
Ik zie het alleen niet als iets vies is.
Dat is mijn struikelpunt.”
Of zijn visuele beperking eraan heeft bijgedragen dat hij stinkend zijn best doet om ergens in uit te blinken? “Aan de ene kant ben ik altijd leergierig geweest als het gaat om sporten”, zegt Rogier.
“En ik wilde altijd helpen, klusjes doen.
Ik vond eigenlijk alles leuk, behalve leren.
Het zal eraan hebben bijgedragen.
Als ik niet slechtziend was, had ik niet op zo’n niveau aan sport gedaan.”
Beschuldiging
Rondom de Paralympics van 2021 was zijn slechtziendheid onderwerp van een rel.
Zijn concurrent Wojciech Makowski beschuldigde Rogier van vals spel.
Op basis van bepaalde handelingen concludeerde de Pool dat hij helemaal niet zo slechtziend was als werd beweerd.
Het medisch dossier van Rogier werd daarop nogmaals onder de loep genomen door het Internationaal Paralympisch Comité.
Met de classificatie was niets mis, waardoor Makowski’s beweringen linea recta de prullenbak in konden.
Het bleef uiteindelijk dus bij een storm in een glas water, al sliep Rogier er wel twee nachten slecht van.
“Maar toen dacht ik: dat is precies wat ‘ie wil.
In het water kun je niet winnen, dus dan probeer je het op deze manier, door in mijn hoofd te komen.
Ik vind het vooral jammer dat hij niet zelf naar mij is toegekomen.
Als hij vraagt aan mij ‘hoe doe je dit en dat?’ en ik zeg: gaat je niks aan.
Prima, schrijf maar wat.
Maar kom op z’n minst naar me toe om het te vragen.
Dan kan ik gewoon antwoord geven.”
Hardheid
Onder die vervelende gebeurtenis staat voor Rogier echter al lang en breed een streep.
Hij blijft gewoon zichzelf.
Zijn uitpuilende prijzenkast zorgt er niet voor dat hij gaat zweven.
Naast zijn prijzenkast is ook zijn relativeringsvermogen enorm, wat eveneens geldt voor zijn weerbaarheid en zelfredzaamheid.
“Je wordt gewoon heel snel volwassen”, vertelt hij.
“Op het moment dat ik in Amersfoort aan het zwemmen ben en kramp in m’n kuit heb, en iemand die zijn onderbeen mist dan zegt: ‘oh, heb ik geen last van’ of als ik zeg: ‘oeps, niet gezien’, dan is dat grappig, maar het maakt je ook hard.
Het hoeft allemaal niet zo zwaar en beladen te zijn.
Je hebt op die manier veel lol met elkaar."
Humor geeft lucht, vertelt Rogier.
" En die hardheid heeft er uiteindelijk in positieve zin aan bijgedragen dat ik nu ben geworden wie ik ben.
Ik weet niet of ik minder hard had gewerkt voor een bepaald doel of minder fanatiek was geweest als ik niet slechtziend was geweest.
Maar dan had m’n leven er wel heel anders uitgezien.”
Hoewel Rogier al de nodige dromen heeft waargemaakt, blijven er nog genoeg over.
“Ik wil op zoveel mogelijk afstanden zoveel mogelijk medailles halen.
Dat ik andere mensen kan inspireren, is mooi meegenomen.
Ik ben me er zeker van bewust dat hoe beter ik het doe, hoe meer aandacht hier hopelijk voor komt.
Dan zou het mooi zijn als iemand die ook niet zoveel ziet, zegt: ik wil net als Rogier gaan zwemmen, of ik wil net zo goed worden.
Uiteindelijk is dat waar je het voor doet.”
Sander Kooijman
Bron: https://www.rijnmond.nl/nieuws/1703514/rogier-zag-van-de-een-op-de-andere-dag-vrijwel-niets-meer-nu-is-hij-paralympisch-topsporter, 13 augustus 2023